Ik kom mijn slaapkamer inlopen en het eerste wat me opviel was het belachelijk grote schema van tijden dat je jezelf moet melden bij de receptie. dat bord had Kate zeker opgehangen voor wat extra orde. Ik zette mijn stappen richting mijn bed. Ik had hem dan misschien niet nodig. Maar het was altijd fijn om even rust te nemen van alle stres van de afgelopen dagen die ik had opgestapeld. Ik gooi mijn schoenen uit en plof op mijn bed. Als ik eenmaal op bed lig wiebel ik wat maar voel ik wat geks. Ik spring van schrik van mijn bed en dijns naar achter. Ik sluip heel voorzichtig naar voren en sla de dekens open. Op mijn bed lag een zwarte koffer. Wat deed die koffer op mijn bed. Ik wou volstrekt graag de koffer openen en kijken wat voor bijzonders in dat ding zou zitten. Maar één of ander stemmetje achter in mijn hoofd zei dat dat niet zo een handige zet zou zijn van mij. Maar even dat je het wist. Ik luisterde vrijwel nooit naar dat stemmetje. Dat stemmetje liet me zo lijken op een saai meisje dat bang was voor avontuur. En ik was juist zo enorm dol op avontuur. Sinds dat incident van dat jongetje dat ik leegslurpte wist ik wat leven was. Dus ik ritste dat zwarte koffertje open. De koffer was gevult met bloed. Rood bloed verpakt in kleine zakjes van allemaal een halve liter. De gedachten dat ik een bloedvooraad voor een heel jaar zou hebben maakte me wild. Maar van wie zou dat bloed zijn. Ik keek om me heen of ik iemand zag. Niemand. Niemand te horen of te zien. Ik pakte een zakje bloed en ritste het koffertje dicht. Ik legde het weer op dezelfde plek op mijn bed en dronk alleen dat enkele pakje op. Mmmm... Zo een lekker bloed had ik in maanden niet gehad. Ik dacht na... Na over het bloed. Welke smaak zou dit zijn. O nee! dacht ik. Dit is... dit is mensenbloed. Ik rende naar buiten en spoelde mijn mond met water. Ik had nog zo gezworen aan mijzelf dat ik nooit mensenbloed meer zal drinken. Maar erger nog. Als Kate hier achter zou komen!......